veganisme

Nieuw: Salatlas!
Op zoek naar gerechten voor op kamp of activiteiten? De Salatlas bundelt 36 heerlijke plantaardige recepten die elke foer op weg helpen om snel en makkelijk vegan eten te bereiden!

Heeft je afdeling twijfels, vragen, uitdagingen rond het veganisme? Dan komen wij graag naar je toe voor hulp op maat!
We werkten een mix van een kookatelier, sessie en debat uit, waarbij we niet alleen samen met jullie een lekker veganistisch receptje maken, maar ook babbelen over alle veganisme-thema's die voor jullie belangrijk zijn. We vinden het namelijk belangrijk dat we niet enkel ons enthousiasme verspreiden, maar jullie ook concreet terug op weg kunnen helpen bij moeilijkheden.
Je kan een kookatelier aanvragen via de link hieronder, of via de QR-code hiernaast.
Heb je gewoon een korte vraag? Dan kan je ons bereiken op veganisme@jnm.be!
Veganisme, huh? Context, graag!
Zoals je misschien al wel gehoord hebt, is er dit zomercongres een motie ingediend om JNM veganistisch te maken. Deze motie is door de AV goedgekeurd. Dit betekent dat JNM nationaal al in het werkjaar 2024-2025 veganistisch eet, terwijl dit voor afdelingen pas start in het volgende werkjaar, 2025-2026. Het volledige verslag van de motie-AV vind je hier.
Wat betekent deze motie?
Deze motie houdt in dat er op JNM-activiteiten veganistisch gekookt wordt. Dit werkjaar doen we dit al voor nationale activiteiten. Vanaf 1 september 2025 zowel op kamp als op afdelings-activiteiten en evenementen. In het intern reglement is het zo omschreven:
“Op nationale JNM‐activiteiten wordt er veganistisch gekookt. Op afdelingsactiviteiten wordt er veganistisch of vegetarisch gekookt. Vanaf 1 september 2025 geldt ook binnen afdelingen een verplichting tot veganistisch koken. Zowel bij nationaal als bij afdelingen mogen dierlijke producten wel nog gebruikt worden indien ze rechtstreeks van een lokale bioboer worden gekocht of het product anders slecht zouden worden. Indien een kampdeelnemer iets niet wenst te eten, kan die dat op voorhand met de foer bespreken en vragen een alternatief te voorzien. Deze mag dit in principe niet weigeren. Ook kan er om specifiek eten gevraagd worden. De foer mag deze vraag weigeren, uitgezonderd indien dit gevraagd wordt voor medische redenen. Specifiek eten omwille van religieuze redenen kan op voorhand besproken worden met de foer. De foer dient bij elke vraag rond specifiek eten op voorhand op de hoogte gesteld te worden.”
Zoals je hierboven kunt lezen is het dus wel toegestaan om dierlijke producten te halen bij een lokale bioboer of als het product anders slecht zou worden. We vinden het vooral belangrijk dat ons eten op een verantwoorde wijze op ons bord komt.
Waarom veganisme?
Klimaat en biodiversiteit
De veeteelt (waaronder ook de zuivelindustrie valt) heeft een gigantische ecologische voetafdruk. Voor het volledige verhaal is dit niet de juiste plek, dus we geven jullie hieronder een sterk ingekorte versie mee, waarin we een aantal onderdelen van de complexe problematiek duiden en concretiseren. We hebben het hier voornamelijk over de zuivelindustrie (koetjes dus), maar weet dat het probleem ook de varken-, kip- en ei-industrie omvat.
Het begint al bij de voeding van de melkkoeien: die komt vaak niet uit België. Koeienvoeding bestaat onder meer uit maïs en soja, producten die van de andere kant van de wereld komen. Voor maïs kijken we vooral naar (Zuid-)Amerika, waar de monocultuur heerst en de bodem uitdroogt. De vruchtbare en bemeste grond wordt door de wind de lucht in gekatapulteerd. Dat worden dan stofwolken, die hun lading stikstof en nitraten in de vorm van zure regen of stofdeeltjes ergens anders lossen. Zo wordt niet enkel de landbouwgrond zelf, maar ook de omgeving beïnvloed. Soja komt dan weer (bijvoorbeeld) uit Brazilië, waar het regenwoud, een essentieel deel van de groene long van de aarde, wordt afgebrand en gekapt om vruchtbare landbouwgrond te genereren. Ter nuance: niet alle soja is ‘slecht’; de soja voor menselijke consumptie wordt vaak wel in Europa geproduceerd. In totaal wordt ongeveer 75 % van de wereldwijde sojaproductie gebruikt als veevoer.
Als we de soja zélf consumeren, kost dat de aardbol veel minder dan wanneer we eerst dieren voederen, om dan die dieren (of hun melk) uiteindelijk te consumeren. Rechtstreeks ‘van de bron’ eten slaat dus een gigantische stap over in het proces en spaart enorm veel water, voeding en landbouwgrond uit.
Soms zit er in de voeding van vee ook wat haver, bieten of ander restafval van de voedingsindustrie, maar als het niet van een bioboer komt, kan je je al meteen vragen stellen over het mestgebruik. Vlaanderen is zwaar overbemest. Voor bemesting worden zowel koeienuitwerpselen (heerlijk veel stikstof) en kunstmest (heerlijk veel chemische brol) gebruikt. Mocht die mest nu blijven waar ze gebruikt wordt, zou de impact misschien nog meevallen, maar wind en water verspreiden de mest doorheen het hele land. Onze waterkwaliteit wordt al bij de slechtste van Europa gerekend; fosfaten in onze rivieren kunnen we dus missen als de pest. Naast het vervuilen van onze waterlopen zorgt regen er door onze manier van landbouw voor dat de vruchtbare laag van de bodem weggespoeld wordt. De enige manier om de bodem ietwat vruchtbaar te houden, lijkt ‘nog meer mest’ te zijn.
Bovendien kunnen stikstof en die andere chemische stofjes de fragiele stabiliteit van een natuurgebied volledig naar de knoppen helpen; veel planten hebben een bepaalde zuurtegraad en voedselarme of -rijke grond nodig. Mest verstoort die verhouding, waardoor je al snel andere soorten planten zal zien opduiken. De oorspronkelijke planten maken geen kans meer, en nemen de van hen afhankelijke insecten mee de dood in. Het volledige ecosysteem kan daardoor onder druk komen te staan. Een heel concreet voorbeeld is de Kalmthoutse Heide, waar het verlies van biodiversiteit voelbaar is in bv. het voor 90 % achteruitgaan van de argusvlinder, en een sterke vergrassing het probleem zichtbaar maakt. De platte schijfhoren (een slak) is dan weer in heel België uitgestorven ten gevolge van stikstof.
Daarnaast gebruikt de veeteeltindustrie enorme hoeveelheden land: maar liefst 30 % van het totale landoppervlak en 70 % van alle landbouwgrond wereldwijd wordt gebruikt voor het kweken van vlees. Dit gaat vaak ten koste van bossen en natuurlijke ecosystemen, met verregaande gevolgen voor het klimaat en de biodiversiteit. Ook het ruimtegebruik van de zuivelsector is niet duurzaam: 55 % van de gewassen in Vlaanderen wordt gebruikt als veevoer. Een wereldwijde overstap naar veganisme zou het nodige landbouwoppervlak tot vier keer verkleinen.
Drinkbaar water staat sowieso enorm onder druk. Slechts 0,5 % van het water op aarde is drinkbaar. Met zout water kunnen we onze landbouw niet vruchtbaar houden, dus gebruiken we regen- en drinkwater voor onze planten. De vergelijkende cijfers spreken voor zich: één liter sojamelk slurpt (slechts) 300 liter water op, tegenover 1000 l voor één liter koeienmelk. Voor we het dus zelfs maar over de dieren zelf gehad hebben, is er al heel wat schade berokkend... In de voeding van koeien kruipt dus al heel wat water, maar daarbovenop drinkt een koe ook nog eens gemiddeld 100 l water per dag, en
Onze lucht heeft het dus al zwaar te verduren met al die stikstof. Reken daar dan nog wat scheetjes van koeien (CH4 a.k.a. methaangas) bij, en je hebt zowel een broeikaseffect als een knaller van een gat in de ozonlaag. De veeteelt, waar de zuivelproductie deel van uitmaakt, verantwoordelijk voor 15 tot 20 % van de wereldwijde CO₂-uitstoot. Om dat cijfer iets concreter te maken: de impact is vergelijkbaar met die van de volledige transportsector. Dat dat niet bepaald mooie vooruitzichten biedt voor ons opwarmende klimaat, weten jullie waarschijnlijk al.
Ook op het vlak van sociaalecologische rechtvaardigheid valt er veel over veeteelt te zeggen. De soja die wij van het globale Zuiden importeren, kan daar niet meer gebruikt worden om de eigen bevolking te voeden. De grond en het water gaat verloren aan soja, terwijl zij die zelf ook nuttig zouden kunnen inzetten. Ze zijn dus niet enkel afhankelijk van onze markt voor hun inkomsten, maar bouwen in dat proces ook geen duurzame toekomst op voor zichzelf.
Samenvattend is veeteelt dus een complex verhaal, waarbij verschillende stappen in het proces zich laten voelen in de ruime omgeving. Als je graag meer wil weten, surf dan even naar JNM.be/veganisme en scroll naar klimaat en biodiversiteit.
Meer lezen? Neem hier, hier, hier of hier eens een kijkje.
Dierenwelzijn
Een van de sterkste argumenten voor een veganistisch dieet is het dierenwelzijn. Het is algemeen bekend dat koeienmelk produceren om hun kalveren te voeden in de eerste levensmaanden. Die melk wordt vaak gebruikt voor menselijke consumptie, wat betekent dat kalveren vaak al binnen een dag van hun moeder worden gescheiden. De mannelijke kalveren kunnen zelf geen melk produceren en worden meestal direct gedood of vetgemest voor kalfsvlees. De moederkoeien delen in dit lot: om hun melkproductie op peil te houden, worden ze vrijwel constant drachtig gehouden. Door die aanhoudende kunstmatige bevruchting halen melkkoeien zelden hun zesde levensjaar, terwijl ze in een stressvrije omgeving tot wel twintig jaar oud kunnen worden.
Ook de eierindustrie kent schrijnende praktijken. Omdat enkel vrouwelijke kippen eieren leggen, worden haantjes beschouwd als nutteloos en doorgaans direct na de geboorte gedood. De legkippen zelf leven onder zeer slechte omstandigheden: opgepropt in kooien, blootgesteld aan stress en uitgehongerd om hun legcyclus te beïnvloeden. Hun snavels worden vaak afgeknipt om pikgedrag te voorkomen. Ook bij bio-eieren en eieren met vrije uitloop kan je niet garanderen dat de kippen een stressloos leven leiden: hun buitenomgeving is vaak kaal met weinig beschutting, er is geen duidelijke regelgeving waaraan de buitenomgeving moet voldoen, waardoor vaak de goedkoopste en dus minst diervriendelijke keuze wordt gemaakt. Zodra de productiviteit van legkippen afneemt, wacht hen hetzelfde lot als de haantjes: ze worden geslacht. Stel je voor dat je leven enkel waarde heeft zolang je voldoende produceert...
Hoewel JNM het dierenwelzijn niet als pijler heeft, ligt het nu ook niet bepaald in lijn met onze waarden en normen om industrieën te steunen die dieren reduceren tot producten en hen systematisch uitbuiten. Als JNM vinden we het dan ook onze plicht met respect om te gaan met alles wat leeft, groeit en bloeit. Door plantaardig eten kom je op een krachtige manier om op voor een rechtvaardigere (dieren)wereld.
Schaadt veganisme de gezondheid van kinderen?
Nu JNM overschakelt naar een veganistisch voedingsbeleid, rijst vaak de vraag of dat een gezonde keuze is voor de ontwikkeling van kinderen. Er bestaan heel wat misvattingen en zorgen rond een volledig plantaardig voedingspatroon voor jonge kinderen. Toch is het korte antwoord helder: voor een korte periode een goed uitgebalanceerd veganistisch dieet aanhouden brengt geen gezondheidsrisico’s met zich mee. De mogelijke tekorten die op langere termijn kunnen ontstaan, zijn mits de juiste kennis en planning te voorkomen. Hieronder lichten we dit verder toe.
Voedingsstoffen en groei
Sommige academische studies stellen dat hoe jonger het kind en hoe restrictiever het dieet is, hoe groter het risico op tekorten. Er wordt vooral gewezen op essentiële voedingsstoffen zoals eiwitten (kwaliteit en kwantiteit), ijzer, zink, selenium, calcium, riboflavine (vitamine B2), vitamine A, D, B12 en omega-3 vetzuren. Echter, een andere studie die de groeicurves van veganistische kinderen vergeleek met die van omnivoren (alleseters), toonde aan dat de groei bij veganistische kinderen doorgaans normaal verloopt, met bovendien een lager voorkomen van obesitas.
Het blijft wel een feit dat Europese instanties een volledig plantaardig dieet voor kinderen afraden. Studies naar de voedingspatronen van kinderen tussen 2 en 18 jaar wezen uit dat zowel omnivoren, vegetariërs als veganisten tekorten én overschotten in verschillende voedingsstoffen vertoonden. De voedingsstoffen in kwestie waren dieetafhankelijk. Dat onderstreept het belang van gevarieerd eten, iets wat veel gezondheidsinstanties nu actief promoten. De algemene consensus is dat als kinderen veganistisch eten, dat goed gepland moet worden gepland en best wordt aangevuld met bepaalde voedingssupplementen zoals vitamine B12.
Als de EU veganisme voor kinderen afraadt, waarom zou je JNM dan veganistisch maken?
Het advies van de EU slaat op een volledig veganistisch dieet voor kinderen in de groeifase. De duur van een kamp is niet lang genoeg om tekorten te kunnen opbouwen. Wat wél belangrijk is, is het aanbieden van evenwichtige maaltijden. Eiwitbronnen moeten zo divers mogelijk zijn—niet alleen kikkererwten, maar ook linzen, tofu en rode bonen bijvoorbeeld. Andere voedingsmiddelen bevatten ook essentiële componenten. Voor calcium, bijvoorbeeld, is het goed om koolsoorten zoals broccoli en bloemkool op het menu te zetten, die er verrassend genoeg een aanzienlijke hoeveelheid van bevatten. Vitamine B2 haal je dan weer uit volle granen. Daarom is het goed om bruin brood, volkorenpasta en bruine rijst te eten in plaats van de witte variant.
Een bewuste keuze voor de toekomst
Door veganisme op een positieve manier te introduceren, willen we onze piepers en ini’s inspireren om meer plantaardige voeding in hun eetpatroon op te nemen. In een samenleving waar men algeheel een teveel aan zuivel en vlees consumeert, is kiezen voor plantaardige alternatieven niet alleen beter voor het milieu, maar ook voor de gezondheid. Zo spelen we als JNM een rol om kinderen in aanraking te laten komen met duurzame voedingspatronen.
Kortom, hou als foer je maaltijden zo gevarieerd mogelijk en je kindjes zullen allemaal gezond en gelukkig zijn. Twijfel je nog hoe je dit best aanpakt? De recepten in deze Salatlas zijn evenwichtig en gevarieerd, dus neem zeker een kijkje! Hopelijk grijpen jullie deze uitdaging—en je fles sojasaus—met beide handen vast!
Dit onderdeeltje is gelezen en goedgekeurd door een professionele diëtiste.
Hoe informeren we de ouders?
Hier vind je een sjabloon dat je kan gebruiken om de (ouders van) je leden te informeren over de overstap naar het veganisme.
Wat nu?
Dat dit als een heel grote verandering aanvoelt is niet gek. Daarom gaan we hier dit jaar samen mee aan de slag, zodat deze overgang voor iedereen vlot kan verlopen. We richtten de veganisme-commissie op om hierover na te denken. Met deze commissie steken we de handen uit de mouwen om jullie op alle mogelijke manieren te informeren en ondersteunen, waarover binnenkort meer. Zin om mee te denken? Stuur een mailtje naar veganisme@jnm.be!
Heb je vragen, bezorgdheden, of andere input die je graag (anoniem) kwijt wil? Vul dan deze form in, dan gaan wij met jouw input aan de slag!
Wat deed de veganismecommissie al? | Wat staat er nog op de agenda? |
We zaten al verschillende keren samen om uit te denken hoe we afdelingen kunnen ondersteunen in de overgang naar het veganisme. | We lezen de Salatlas na en verzorgen de opmaak. |
We maakten een form aan, waarin je alle vragen, bezorgdheden en meer kwijt kan! Deze volgen we regelmatig op. | We verspreiden de Salatlas onder alle gewone leden. |
We werkten het idee van 'Veganismecommissie op zwier' uit, waarbij we vooral afdelingen op gang willen helpen met lekkere receptjes en een ruimte voor gesprek. | We voeren 'Veganismecommissie op zwier'-sessies uit in de afdelingen. |
We zijn al begonnen met een ruwe schets van onze 'Salatlas', een veganistische startergids voor kampen; we verzamelden niet alleen receptjes, maar testten ze ook uit! Njammie! | Op het zomercongres komt er een debat of open gesprek met experts en/of ervaringsdeskundigen. |
We hielpen bij het maken van een sessie over duurzaam eten voor op BAC. | Op langere termijn willen we van het kookboek een echt JNM-ding maken, waar we mee kunnen uitpakken. |
We voerden succesvol onze eerste 'Veganismecommissie op zwier'-sessie uit op KoersAV. |

💡
Wist je dat dit niet de eerste keer is dat JNM hun eetgewoonten aanpast?
In 1991 werden we namelijk vegetarisch. Toen bracht dit ook veel emoties met zich mee, maar ondertussen is een vegetarische maaltijd op kamp vanzelfsprekend. Laat ons dus, net als toen, opnieuw pioniers van de vooruitgang zijn en deze uitdaging samen aangaan.
(foto: jubileumboek jnm p113)