Discretieplicht en geheimhoudingsplicht

< Ga terug naar Word werkmier

In de vrijwilligerswet staat wat basisinformatie die elke werkmier moet kennen. We sommen het kort even op.  

De discretieplicht van de vrijwilliger  

JNM verwacht dat haar vrijwilligers de wet op de privacy respecteren. Daarnaast werd de vrijwilligerswet van 2005 aangepast en heb je als vrijwilliger nu ook discretieplicht:   

het feit dat de vrijwilliger is gehouden tot een discretieplicht en, in voorkomend geval, tot het beroepsgeheim bedoeld in artikel 458 van het Strafwetboek, en rekening houdend met de wettelijke rechtvaardigingsgronden met betrekking tot het beroepsgeheim.″  

Wat staat er in dat Artikel 458 van het Strafwetboek?  
Art. 458. Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroep kennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd, en deze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen worden om in rechte (of voor een parlementaire onderzoekscommissie) getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet hen verplicht die geheimen bekend te maken, worden gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van honderd [euro] tot vijfhonderd [euro].  
  
En nu in mensentaal:  
Personen met bepaalde functies mogen niets bekendmaken van wat iemand hen tijdens het uitoefenen van hun functie vertelt. Het beroepsgeheim geldt in de eerste plaats voor gezondheids- en welzijnsberoepen, zoals arts, apotheker of maatschappelijk werker, maar dus ook voor vrijwilligers.  

Lees hier alle info over het verschil tussen discretieplicht en geheimhoudingsplicht.